Verslag
verenigingsavond 17 november :
Vissen kweken hoe en waarom
Piet van Amelsvoort,
Op 17 november heeft Piet van
Amelsvoort een interessante en zeer goed bezochte avond verzorgd
waarbij hij ons verteld heeft over het hoe en waarom van vissen kweken.
Voor zijn presentatie gebruikte hij duidelijke filmpjes en animaties.
Zijn verhaal opende met pikante filmpjes van de paring van de
Dwerggoerami (Trichogaster lalius) en de Kempvis (Betta splendens).
Met
nog enkele verschillende filmpjes liet hij ons de verschillende
manieren van voortplanting zien: schuimnestbouwers, substraatbroeders,
holenbroeders, muilbroeders, vrijleggers en eilevendbarenden.
|
|
Dwerggoerami (Trichogaster lalius)
(Foto Jan Bukkems)
|
|
Er zijn diverse redenen om vissen te kweken.
De belangrijkste voor ons
is dat we er plezier in hebben.
Daarnaast is het mogelijk om in je
eigen behoefte van vis te voorzien (en die van je collega aquarianen).
Een andere goede reden is het kweken voor soortbehoud van met vissen
waarvan de populatie in de natuur onder druk staat.
Als je wilt kweken
om er geld mee te verdienen, hoef je er echt niet aan te beginnen. De
kosten van verwarming, licht en voer en de investering van heel wat
uurtjes tijd verdien je echt niet terug.
Piet heef in de loop der jaren met veel vissoorten gekweekt, nu heeft
hij op dat gebied nog een duidelijk doel voor ogen: het kweken van
Kardinaaltetra’s (Paracheirodon axelrodi).
Voor het houden van veel vissoorten is de waterkwaliteit en
-samenstelling belangrijk.
Als we met vissen willen kweken wordt het
voor de meeste soorten een vereiste om de zuurgraad, hardheid en
geleidbaarheid, in het juiste bereik, onder controle te houden.
Dit heeft ermee te maken dat zuren en zouten (zuurgraad en
hardheid) de osmotische potentiaal van water beïnvloeden.
Hoe
meer stoffen er opgelost zijn in het water, hoe meer het water de
neiging heeft zuiver water aan te trekken.
Zit er een semipermeabel
oftewel semi-doorlatend membraan tussen twee vloeistoffen met een
verschillende osmotische potentiaal, dan zal (zuiver) water van de
oplossing met de laagste concentratie aan opgeloste stoffen door het
membraan naar de oplossing met de hoogste concentratie aan opgeloste
stoffen stromen.
Dit tot het waterniveau aan de zijde van de hoogste
concentratie zoveel hoger staat dat er een evenwicht is ontstaan tussen
dit verschil in waterniveau en de behoefte van het zuivere water om te
stromen naar de oplossing met de hoogste concentratie aan opgeloste
stoffen.
Dit verschil in osmotische potentiaal wordt hiermee zichtbaar
in het verschil in waterniveau dat zo ontstaat.
Als demonstratie hiervan kregen we
een filmpje te zien van een ei dat met azijn van zijn schaal ontdaan
was.
Het eiwit wordt dan alleen bijeen gehouden door een semipermeabel
membraan. Als dit ei in een zoutoplossing gelegd werd, dan kromp het ei
in een uur of twee heel duidelijk in elkaar (water stroomt door het
membraan van het ei naar de
omgeving).
Als
het ei daarna in zuiver water gelegd werd, nam het ei duidelijk in
volume toe,
tot het op springen stond.
Van vrijwel heel veel dieren is het inwendige zoutgehalte nagenoeg
gelijk.
Dit zoutgehalte is lager dan dat van zeewater.
In de wetenschap
wordt wel gespeculeerd dat dit zoutgehalte overeenkomt met het
zoutgehalte van de oerzeeën van miljoenen jaren geleden.
Dit heeft tot
gevolg dat een zeevis steeds water drinkt en water verliest door zijn
huid (en kieuwweefsel), een zeevis scheidt weinig maar geconcentreerde
urine uit.
Een zoetwatervis drinkt maar weinig tot geen water, want hij
neemt vanzelf water op door zijn huid (en kieuwweefsel), hij scheidt
echter veel urine uit om al dat water weer kwijt te raken.
Een vis is
dus (onbewust) actief bezig om zijn osmotische potentiaal op peil te
houden.
En daar ligt ‘m nu precies de moeilijkheid met het kweken.
De eieren
van een vis kunnen hun osmotische potentiaal niet actief beïnvloeden.
De eieren van de ene soort zijn wat gevoeliger dan die van de andere
soort, maar het komt er in wezen op neer dat een eitje zich niet
ontwikkelt tot een larve en een jong visje als het teveel uitdroogt in
te zout water of te zich veel opblaast in water dat niet genoeg zout
bevat.
Wat verder belangrijk is bij het kweken van vis is goed en gezond
voedsel.
Eerst voor de ouderdieren die tot afzetting van eieren
gebracht moeten worden.
Maar daarna zeker voor het opfokken van de
jongen.
Als de dooierzak eenmaal is opgeteerd en het jonge visje op
zoek moet naar zijn eigen voedsel, dan moet je ervoor zorgen dat dit in
voldoende hoeveelheid én in de juiste grootte aanwezig is.
Als algemene
maatstaf voor de grootte geldt dat het aangeboden voer net zo groot mag
zijn als de grootte van het oog van het jonge visje.
|
|
|
pantoffeldiertje sterk vergroot
|
Hoe, zuivere pantoffeldiertjes te verkrijgen.
|
Samenstelling knutselwerkje
|
Meestal worden kleine kale kweekbakjes gebruikt om de ouderdieren in af
te laten zetten, waarna de eieren ook gemakkelijk in de gaten gehouden
kunnen worden. In dezelfde bakjes is het gemakkelijk de
voerconcentratie voor het jongbroed hoog te houden.
|
|
|
Kweekbakje met eierrooster
|
Door 2x daags de onderste strip te verwijderen word
gecontroleerd of er al eieren aanwezig zijn.
|
Na het afzetten word het bakje geheel verduisterd.
Eitjes zijn lichtgevoelig
|
Het controleren van
de waterwaarden en het verversen van water met de juiste samenstelling
zijn nu belangrijk.
Als de jongen groter worden verhuizen ze naar
grotere uitzwembakken.
De groei van de jongen in de eerste weken en
maanden is cruciaal.
Elke achterstand die ze in deze periode oplopen,
als gevolg van voedseltekort of verkeerde watersamenstelling, halen ze
later nooit meer in.
In de loop van de opfok went Piet de opgroeiende
jongen langzaam aan water met een meer normale samenstelling.
Hierdoor
zijn ze als volwassen vissen gemakkelijker te houden en minder gevoelig
voor schommelingen van de watersamenstelling.
Tot slot hat Piet nog een heel assortiment van spullen meegebracht die
bij de kweek gebruikt worden om een en ander aanschouwelijk te maken.
Van een klein kweekbakje met een afzetrooster en PVC plaatjes die voor
verduistering worden gebruikt, tot een zelfgemaakt mini-filtertje en
flesen voor het kweken van voedseldieren als pantoffeldiertjes en
pekelkreeftjes (artemia).
Al met al een zeer leerzame avond.
Verder is het goed te weten dat deze
kennis en ervaring binnen onze vereniging beschikbaar is.
Dus iedereen
die eens een kweekje wilt wagen weet nu waar hij met verdere vragen
terecht kan.
Peter-Jan Taheij….